Fietsers staan bovenaan als het gaat om dodelijke verkeersongevallen. De toename wordt toegeschreven aan de stijgende populariteit van de elektrische fiets, die populair is bij zowel ouderen als jongeren. Maar wie vergoedt (letsel)schade bij een verkeersongeval waarbij een elektrische fiets / e-bike betrokken is?

Volgens het CBS reed een kwart van de verongelukte fietsers op een elektrische fiets. Als fietser of voetganger word je als een zwakke verkeersdeelnemer gezien. Dit houdt in dat automobilisten altijd de schade moet vergoeden. Een ‘normale’ elektrische fiets (zonder kentekenplaat) geniet wettelijk bescherming (artikel 185 Wegenverkeerswet). Echter, een zogenoemde speed pedelec – die voorzien is van een gele kentekenplaat – valt wettelijk gezien onder de bromfietsen.

Voor een speed pedelec (vooral populair bij jongeren en lange afstandsfietsers) gelden andere verkeersregels. Zo mogen deze maximaal 30 km/u op het bromfietspad binnen bebouwde kom, maximaal 40 km/u op het bromfietspad buiten bebouwde kom en 45 km/u op de rijbaan. Daarnaast is het dragen van een helm verplicht op de speed pedelec en moet je minimaal 16 jaar oud zijn om erop te rijden. Krijg je met de speed pedelec een aanrijding? Dan verschilt per situatie de vergoeding.

Bij een standaard elektrische fiets krijg je tenminste 50% van de schade vergoed via de autoverzekering van de eigenaar van de auto. De daadwerkelijke vergoeding hangt af van de situatie en wordt bepaald door onder meer getuigen, schadepapieren en bewijsmateriaal. Kinderen onder de 14 jaar krijgen altijd 100% van de schade vergoed. Overigens is bij een aanrijding met een (elektrische) fiets de kans op letselschade groot vanwege de hogere snelheid.